De producteisen die hier worden beschreven zijn algemeen. Ze gelden dus voor specifiek gereglementeerde en voor niet-gereglementeerde producten.
Lees de algemene producteisen in samenhang met de informatie over specifieke producteisen en CE-markering.
Productveiligheid
Het doel van richtlijn 2001/95/EG is om ervoor te zorgen dat elk product dat door een consument kan worden gebruikt, veilig is.
Het betekent dat onveilige producten niet mogen worden verhandeld of ter beschikking worden gesteld aan consumenten. Producenten en distributeurs zijn volgens de richtlijn verplicht om producten te leveren die voldoen aan algemene veiligheidseisen. Ook moeten zij consumenten waarschuwen voor eventuele veiligheidsrisico's van hun producten. Blijkt dat een product onveilig is? Dan moet de producent of distributeur dit melden bij de bevoegde marktautoriteiten en passende maatregelen nemen (bijvoorbeeld het product terugtrekken uit de markt).
Informatie over herkomst en risico's
Producten moeten zijn voorzien van informatie waarmee ze getraceerd kunnen worden, zoals de identiteit van de producent en een productreferentie. Zijn er waarschuwingen of informatie over eventuele inherente risico's die noodzakelijk zijn voor een veilig gebruik van de producten? Dan moeten producenten en distributeurs deze informatie of waarschuwingen meeleveren met de producten.
Europese en nationale vereisten en normen
Producten worden als veilig beschouwd als ze voldoen aan specifieke Europese of nationale vereisten en normen. Ontbreken deze vereisten of normen, dan moet de beoordeling van de veiligheid worden gebaseerd op:
- aanbevelingen van de Europese Commissie
- 'best practices' in de betrokken branche
- de huidige stand van de techniek
- de veiligheid die een consument redelijkerwijs mag verwachten
Op grond van de Richtlijn zijn er inmiddels voor diverse producten Europese (EN) normen. Bijvoorbeeld voor sport- en fitnessapparatuur, fietsen, opblaasbare artikelen voor waterrecreatie, diverse meubilair en artikelen voor zuigelingen en peuters.
De Richtlijn wordt toegepast als specifieke Europese regelgeving voor de veiligheid van een productcategorie ontbreekt of wanneer de productspecifieke regelgeving gebreken vertoont.
Ingrijpen overheden bij risico's
Overheden die vernemen van producten met ernstige veiligheids- en gezondheidsrisico's, zijn verplicht om snel in te grijpen om de consument te beschermen. Als dat nodig is, moeten zij de Europese Commissie op de hoogte stellen via het informatie-uitwisselingssysteem RAPEX. Zo kan de verspreiding van gevaarlijke producten worden beperkt of voorkomen.
Officiële teksten
Europese wetgeving
Nederlandse wetgeving
Meer informatie
Oorsprongsmarkering
Voor de meeste producten die worden gefabriceerd, geïmporteerd of verhandeld in de EU is vermelding van het land van oorsprong ('Made in …') op die producten of hun onmiddellijke verpakking niet verplicht.
Oorsprongsmarkering is wel wettelijk verplicht voor diverse levensmiddelen (zoals vleesproducten) en van buiten de EU geïmporteerde cosmetica. Een oorsprongsmarkering is ook verplicht als een aanduiding of afbeelding op het product associaties oproept met een ander land dan het land van oorsprong.
De oorsprongsmarkering moet verwijzen naar het land waar het product geheel en al is vervaardigd of naar het land waar het product een laatste ingrijpende bewerking heeft ondergaan. De criteria voor ‘geheel en al verkregen’ en ‘laatste ingrijpende bewerking’ worden uitgebreid toegelicht in de ‘niet-preferentiële oorsprongsregels’ van EU-verordening 2913/92 en 2454/93.
Meer informatie
- Europees Parlement – Indication of origin marking on products
- EU Taxation and Customs Union – Non-Preferential Origin
- Douane Belastingdienst – Niet-preferentiële oorsprongsregels
Adresgegevens fabrikant of importeur
Voor een groot aantal EU-gereglementeerde producten geldt dat fabrikanten of importeurs hun naam, geregistreerde handels- of merknaam en adres op het product (of de verpakking) moeten vermelden. Richtlijn 2001/95/EG over algemene productveiligheid noemt dit een van de maatregelen die producenten kunnen nemen om geïnformeerd te blijven over mogelijke risico's van hun producten.
Taalvereisten
De EU kent diverse bepalingen die aangeven in welke talen productopschriften, technische instructies en gebruiksaanwijzingen mogen (of moeten) worden opgesteld. Deze bepalingen verschillen per richtlijn, product, dienst, sector en doelgroep. Voor producten met een hoog risicogehalte geldt vaak minimaal de taal van de lidstaat waar het product op de markt komt. Bij overige producten stimuleert de Europese Commissie het gebruik van meertalige productinformatie. Lidstaten beslissen zelf welke talen in hun land zijn vereist of toegestaan.
Meer informatie
EU Ecolabel
Het EU Ecolabel is een vrijwillig Europees milieukeurmerk voor non-foodproducten (en diensten). Doel van het label is om duurzamere productie en consumptie te stimuleren. Bedrijven kunnen het Ecolabel gebruiken als hun product voldoet aan de criteria van Verordening 66/2010/EG.
Een belangrijk criterium is dat gevaarlijke stoffen in producten zijn vervangen door veiliger stoffen. Criteria per productgroep zijn te vinden in de paragraaf Product Groups and Criteria van de EU Ecolabel website.
Tot de productgroepen waarvoor een EU Ecolabel kan worden aangevraagd behoren: groeimedia en bodemverbeteraars; cosmetica- en hygiëneproducten; reinigingsmiddelen; smeermiddelen; kleding en textiel; doe-het-zelfproducten; consumentenelectronica; vloerbedekkingen; houten meubilair; huishoudelijke apparatuur; en diverse papieren producten.
In Nederland kunnen bedrijven voor een toekenning van het EU Ecolabel terecht bij de Stichting SMK.
Meer informatie
- Verordening (EG) Nr. 66/2010 betreffende de EU-milieukeur
- Kenniscentrum InfoMil – EU Ecolabel
- Stichting SMK – EU Ecolabel
Zie ook
Wederzijdse erkenning: over de vrijheid van verkoop van producten binnen de EU.