U berekent uw uurtarief in vier stappen. Bekijk het rekenvoorbeeld en de video met stap voor stap uitleg over het berekenen van uw uurtarief.
Video: uurtarief berekenen
Stap 1: zakelijke kosten
Vaste en variabele kosten
Er zijn vaste en variabele kosten. Vaste kosten zijn kosten waarvan het bedrag niet afhangt van uw productie, bijvoorbeeld huurkosten. Variabele kosten zijn kosten waarvan het totaalbedrag afhankelijk is van uw productie, bijvoorbeeld de kosten voor grondstoffen.
Aan welke kosten moet u denken?
Als u begint met ondernemen heeft u start- of aanloopkosten. Bijvoorbeeld voor het kopen van gereedschap of machines. Eén van de grootste kostenposten is de huur van een kantoor- of andere werkruimte. Tenzij u vanuit huis werkt. Daarnaast is het verstandig om u te verzekeren. Verder kunt u te maken krijgen met bijvoorbeeld administratiekosten, inventarisatiekosten, verkoop-en representatiekosten, autokosten, rentekosten, afschrijvingskosten en verzekeringskosten.
In de video ‘Uurtarief berekenen' wordt uitgegaan van € 11.150 aan zakelijke kosten.
Stap 2: wat wilt u overhouden?
- Stel dat u € 1.750 netto per maand wilt overhouden om van te leven. Per jaar is dat € 21.000.
- Daarnaast reserveert u 8 procent voor uw vakantie: € 1.680.
- U heeft dan een nettowinst nodig (na aftrek van de inkomstenbelasting) van € 22.680 per jaar.
Belastingen
Een ondernemer met een eenmanszaak betaalt inkomstenbelasting. Misschien komt u in aanmerking voor de ondernemersaftrek en MKB-winstvrijstelling. Omdat u niet zeker weet of u hiervoor in aanmerking komt, reserveert u voor alle zekerheid 30 procent voor de betaling van inkomstenbelasting.
Bijdrage zorgverzekering
Naast uw maandelijkse premie voor uw zorgverzekering, betaalt u ook een inkomensafhankelijke bijdrage zorgverzekering (Zvw) van 5,65 procent (2018) en 5,70 procent (2019).
Rekensom
Om op jaarbasis € 22.680 over te houden, gaat u uit van deze rekensom:
Nettowinst | € 35.245 | € 35.245 |
Inkomstenbelasting | € 10.574 | 30% |
Inkomensafhankelijke bijdrage zorgverzekering (2019) | € 1.991 | 5,70% |
Netto-inkomen | € 22.680 | 64,35% |
In dit voorbeeld zijn persoonlijke omstandigheden buiten beschouwing gelaten.
Stap 3: omzet die nodig is
De omzet die u nodig heeft moet genoeg zijn voor:
- zakelijke kosten (stap 1)
- gewenste inkomen + belastingen (stap 2)
De noodzakelijke omzet is in dit voorbeeld dus: € 11.150 + € 35.245 = € 46.395.
Stap 4: uurtarief
Hoeveel uur kunt u werken?
Hoeveel uur denkt u per jaar te werken? Als u uitgaat van een vijfdaagse werkweek en dertig dagen voor vakantie en feestdagen blijven er 230 dagen in het jaar over om te werken. Dat is 1.840 uur.
Declarabele uren
U kunt niet voor al die uren een rekening sturen. U bent ook tijd kwijt aan zaken als acquisitie (het zoeken van nieuwe klanten en opdrachten), netwerken, administratie, ideeën bedenken. Als startende ondernemer mag u tevreden zijn als u 50 tot 60 procent van die 1.840 uur kunt factureren. Deze uren heten declarabele uren.
In dit voorbeeld komt u met 50 procent declarabele uren uit op een uurtarief van € 51 (€ 46.395 / 920 uur).
Bijkomende kosten
Naast declarabele uren heeft u te maken met kosten die u gaat maken voor uw klant. Denk aan reiskosten. U kunt deze kosten doorbereken aan uw klant. Maak daarover vooraf afspraken. Neem in uw offerte, algemene voorwaarden of contract op welke kosten wel en niet binnen uw tarief vallen. Zo kunt u onverwachte uitgaven in rekening brengen bij uw klant.
Tip
Bereken uw uurtarief ieder jaar opnieuw. Elk jaar nemen de kosten van levensonderhoud toe. Ook doet u elk jaar meer ervaring op, dat is wat waard.
Uw uurtarief bepalen
Het bepalen van een uurtarief is best lastig. Te hoog schrikt klanten af. Te laag kan een onderwaardering zijn van uw kwaliteiten en levert misschien te weinig inkomen op. Bekijk welke factoren meespelen bij het bepalen van uw uurtarief.